Bericht: | Foto 15: k
Uitgever onbekend omstreeks 1883.
Uit: 'Hoornse Herinneringen' (uitgegeven in 1972).
De uit 1532 daterende Hoofdtoren aan de haven die, evenals de eveneens nog bewaard gebleven Mariatoren aan Achter de Vest, deel uitmaakte van de verdedigingswerken van de stad. Het van latere datum daterende klokkentorentje is uit 1651.
Op de voorgrond tegen de toren een nu afgebroken brandspuithuisje, dat karakteristiek was voor het 19e-eeuwse Hoorn. De stad was in die eeuw namelijk onderverdeeld in een aantal secties. Elk daarvan beschikte over een brandspuit (handpomp). Deze brandspuiten waren in, over de stad verdeelde, huisjes ondergebracht. De mannelijke ingezetenen van zo'n sectie waren bij loting brandweerplichtig. Deze brandweerplicht strekte zich over enige jaren uit. Op het niet komen opdagen bij een brand stond een boete van fl 2,50.
Zoals men ook op de foto kan zien, stonden bij goed weer de deuren van de brandspuithuisjes open, om de brandslangen en de spuiten gelegenheid te geven om te drogen. Een houten hekwerk moest daarbij nieuwsgierigen op een afstand houden.
Het thans eveneens verdwenen bouwwerkje rechts van de Hoofdtoren was het boothuis, waarin goederen werden opgeslagen die per beurtvaartschip werden aangevoerd of die op transport per boot lagen te wachten.
De Hoofdtoren heeft in de loop der eeuwen, na zijn functie als muurtoren in het verdedigingsstelsel van Hoorn te hebben verloren, nog voor verschillende doeleinden dienst gedaan.
In 1614 namen de Bewindhebbers van de Noordsche Compagnie (een maatschappij die zich met de walvisvaart op Groenland bezig hield) er hun intrek, later gevolgd door gilden - onder andere het gilde der lakenwevers - en andere genootschappen.
Een fraaie gebeeldhouwde eiken schouw en een ingebouwde houten kluis uit de dagen dat de Noordsche Compagnie er gevestigd was, worden nog altijd in het Westfries Museum bewaard. Dit is ook het geval met het oude uurwerk van het klokkentorentje met de typische enkele wijzer, zoals die op de foto nog is te zien. Dit oorspronkelijke uurwerk werd in 1956 door een moderner tijdsaanwijzing vervangen.
|